ALBUM REVIEW: The Limiñanas -Malamore
De band van het nostalgische echtpaar Lionel en Marie Limiñana, beiden in de veertig en afkomstig uit het uiterste zuiden van Frankrijk, klinkt op papier niet bijster spectaculair. Toch is het voor The Limiñanas al enkele jaren goed boeren in de underground. De überhippe vintage pop van het duo is alweer toe aan zijn vierde langspeler, getiteld Malamore.
Het album leent zijn naam van een Italiaanse arthousefilm uit de vroege jaren tachtig en dat is sprekend voor de sound op Malamore. Die klinkt namelijk filmischer dan ooit tevoren, is niet louter door de sixties geïnspireerd én kent een subtiele focus op buurland Italië, zoals voorganger Costa Blanca rondom, jawel, buurland Spanje was gecentreerd. Ennio Morricone-achtige instrumentalen zijn zodoende een prettige nieuwigheid te midden van de Gainsbourgesque yéyé-refreintjes.
Merkwaardiger nog is de onmiskenbare gastrol van new wave-veteraan en Joy Division-bassist Peter Hook op het melancholische Garden Of Love. Op vele fronten is die track de vreemde eend in de bijt – new wave à la Joy Divison is allesbehalve het genre wat The Limiñanas gewoonlijk uitdragen – en tegelijkertijd is diezelfde vreemde eend kenschetsend voor de verandering die het duo op muzikaal gebied heeft doorgemaakt in twee albumloze jaren. Ook op Dahlia Rouge en de bijbehorende instrumental El Sordo klinkt weemoed en dromerigheid door. Zwaarder dan het fenomenale, aan progrock grenzende Zippo klonken de Fransen nooit eerder.
Peter Hook lijkt The Limiñanas met zijn bijdrage dichter naar een eigen sound te hebben gebracht. Het solide maar dromerige basgeluid dat zich pontificaal door Malamore heeft gewoven, is een meer dan aangename aanvulling op het avontuurlijke, psychedelische geluid dat de band met zijn reeds indrukwekkende repertoire heeft gevestigd. Ook het filmische, experimentele karakter doet het album goed en maakt, tot slot, benieuwd wat het resultaat zal worden als Marie en Lionel zich op een volgend album door buurland Duitsland laten inspireren.